Als
ik op het punt sta te vertrekken, schuift de dame van de Trésor Public, een
beetje schuchter een papiertje onder mijn neus. Ze heeft een probleem, want er
is vanuit Nederland een storting gedaan en ze kan onmogelijk ontraadselen
door wie en voor wat het is. Ze heeft geen enkel aanknopingspunt. Op haar
blaadje staan wat woorden vluchtig in een hoekje gekrabbeld.
Deze gegevens heeft ze telefonisch van de Banque de France doorgekregen maar
aan het onduidelijke handschrift is te zien dat ze niet begreep wat ze schreef.
Op zichzelf al een vaag verhaal, aangezien elke Nederlandse betaling gepaard
gaat met een omschrijving van de storting en zo niet, dan toch in ieder geval
met de naam van de betaler, gewoon via de computer getypt op het afschrift.
Ergens in het stortingsproces moeten deze gegevens dus verdwenen zijn en dit is
ongetwijfeld aan de Franse kant van de grens gebeurd.
Hoe het Franse banksysteem georganiseerd is, is mij een volkomen raadsel, ik
vind het verschrikkelijk omslachtig. Maar ach, je moet het niet willen begrijpen,
het is nu eenmaal zo, zoals met zoveel dingen in Frankrijk. Toch heeft het
zeker ook zijn charme.
Doordat het zo ingewikkeld is om iets te betalen, internetbankieren nog
uitgevonden moet worden, mijn bankrekening wisselvallig is en het
belastingkantoor in ons dorp staat, bezoek ik eens per maand de dames van de
Trésor Public om, cash en in partjes, aan onze betalingsplicht te voldoen.
Nou, ik moet zeggen het zijn schatten, deze twee dames, wat een geduld hebben zij
met mij!
Want ondanks dat ik heb geaccepteerd dat het betalen omslachtig gaat, wil het
nog niet zeggen dat ik er ook mee om kan gaan. Ik raak helemaal verdwaald in
het losbladig systeem dat bij mij maar niet in ordners terecht wil komen.
Voor elke betaling krijg ik weer een kwitantie en weer een lijstje met
aangepaste bedragen, die weer in mijn tas belanden, vervolgens een week later
op het dressoir, daarna in een laatje, en met een beetje mazzel toch nog tussen
alle andere rekeningen op mijn bureau.
En dan gebeurt er iets wonderlijks, het verdwijnt.
Dus altijd als ik in de haast, want voor je het weet zijn ze weer gesloten, op
zoek ben naar de documenten, kan ik niets vinden.
Het gevolg is, dat ik negen van de tien keer aankom om te betalen, maar dat de
dames in de computer moeten zoeken naar het soort belasting en het bedrag.
En dat kunnen nogal wat verschillende zaken zijn, aangezien we twee panden
hebben en dus alles dubbel is. Sommige belasting- of wateraanslagen staan dan
ook nog eens op verschillende namen. De ene keer op mijn meisjesnaam, dan weer
op het Café des Arts, op Maison des Arts of op Henk Arts. De ijver waarmee de
dames me altijd weer helpen is haast ontroerend. Niet één keer hebben ze gezegd
dat ik maar terug moet komen als ik mijn zaakjes op orde heb.
Nee
in tegendeel, ze verschuiven handmatig zelfs nog wel eens de betalingsdatum en
boetes die er van hogerhand vanwege een te late betaling zijn opgelegd, worden
gewoon ge-delete uit het systeem.
Dat is zo leuk aan wonen à la Campagne, zo’n dorps betalingskantoortje maakt
dat burger en staat nog erg dicht bij elkaar staan. Nu heb ik natuurlijk wel
heel veel geluk met deze dames, die mij tutoyeren en het duidelijk goed met mij
voor hebben.
Maar hierdoor duurt een betaling gepaard met een praatje dus al snel twintig
minuten.
Nu kan ik redelijk ongeduldig zijn maar een bezoek aan de Franse
belastingdienst is altijd een aangename belevenis, het voelt alsof je iets
krijgt, terwijl je toch staat te betalen.
Onze verstandhouding geeft vertrouwen, alsof de dames haast lieve tantes zijn
die mij beschermen tegen strenge oom Belasting.
Waarschijnlijk is de sympathie wederzijds en vergeten zij ook de barrière
staat-burger en hun rol als ambtenaar, waardoor ik nu dit papier onder mijn
neus krijg.
Nieuwsgierig bekijk ik het blaadje. De dame wil weten wat de naam van de
Nederlander is, of ik die misschien ken en in welk Frans dorp hij dan een huis
heeft.
Op het papier staat: ‘De heer’ en dan een naam, die maar één letter
verschilt met een stad in Nederland en verder iets wat lijkt op een straatnaam.
“De Heer, betekent monsieur,” zeg ik. “Hoewel,”
voeg ik er weifelend aan toe, “ als die andere naam nu zijn verkeerd gespelde
woonplaats is, dan kan ‘De Heer’ ook zijn naam zijn.
Ik weet dat er in Zuid-Nederland mensen wonen die zo heten.”
Dit maakt het er allemaal niet makkelijker op.
De dame schudt haar hoofd. “Ja, wist ik maar voor welke belasting dit bedrag
stond, dan kon ik het daarop terugvinden.”
“Ik wil wel op internet kijken of deze naam die op een stad lijkt, ook als
achternaam bestaat. Misschien kan ik die man wel vinden," stel ik spontaan voor.
Duidelijk verlegen met de situatie, geeft ze toe dat dat misschien wel een goed
idee zou zijn.
“Ah oui,” zegt ze met een beschroomd lachje, “ het is zo moeilijk met de taal,
het is stom van ons maar wij spreken geen Nederlands en zelfs geen
Engels.”
Toch is ze wat besluiteloos en vraagt of ik het echt niet bezwaarlijk vind.
“Mais non, ik doe het met plezier, kan ik eindelijk voor jullie ook eens iets
terugdoen!” zeg ik resoluut en schrijf de naam op de achterkant van mijn
kersverse kwitantie.
“Ik bel jullie vanmiddag, à tout à l’heure.”
Haha, nu ben ik ook al speurneus van de Trésorie, denk ik grinnikend bij mezelf
terwijl ik, met m’n paperassen in de hand, het gebouw uitloop. Wat melig, dit
kan alleen maar in Frankrijk.
Als ik thuiskom duik ik meteen nieuwsgierig achter de computer, nu wil ik het
weten ook!
______________________________________________________
In 2007 ben ik
samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse
platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:
Ben je geïnteresseerd? Via deze linken kun je het bestellen:
Bol.com boek € 16,95
Ebook ebook: €4,99
uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in
Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en
levenskunst op te zetten.
Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve
hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk
delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun
enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en
belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf,
dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er
in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle
gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…
Deel twee komt uit in september/ oktober 2014