maandag 29 juli 2013

Waarzeggen bij de Bijenkorf

Het is feest bij de Bijenkorf en deze keer is het thema spiritualiteit. Op de afdeling lingerie, god mag weten wat de associatie is, is een hoek vrijgemaakt en enigszins ‘spiritueel’ ingericht met mooie doeken en ‘spirituele’ snuisterijen. Daar staan wij, ik en mijn collega waarzeggers, astrologen, numerologen, etc.  Normaal gesproken werk ik op besloten feesten maar dit keer dus te midden van een winkelend publiek.
Van een afstandje staan ze te kijken. Twee vrouwen, een brunette met krulletjes en een muisgrijze met halflang sluik haar, leeftijd ondefinieerbaar. Hun kleurloosheid staat in nogal fel contrast met de andere klanten en de stijlvolle entourage van dit warenhuis.
Ze staan duidelijk te overleggen, wie zullen ze nemen. Zullen ze durven?
En dan, ja hoor daar komen ze, enigszins schuchter, mijn kant op.
Twee vriendinnen, nu ze voor me staan schat ik ze ergens in de dertig, maar door hun truttige uiterlijk en hun timide houding is het moeilijk te schatten. Het is sneu want de zeven schoonheden zijn duidelijk ook nog eens aan deze dames voorbijgegaan. De donkere, zo op het oog de mooiste, heeft als ze lacht een gebit met meer tandvlees dan tanden. Het frivole krulhaar heeft helaas een uitgroei van twee en halve centimeter. De muisgrijze is behept met een enorme neus die al direct tussen haar wenkbrauwen grote hoogte maakt.
Een wonderlijk duo, twee aardige, intelligente vrouwen met een gave om hun schoonheid te verstoppen achter alledaagsheid en een schijnbare onverschilligheid over hun uiterlijk.
Gelukkig hebben ze beiden wel een vriendelijk gezicht en levendige ogen.
Om hen op hun gemak te stellen, lach ik ze vriendelijk toe en leg ik uit hoe ik werk. Dat ik de kaart lees en hiermee kijk naar de actuele situatie, naar hun kansen en mogelijkheden. Ze knikken instemmend en een beetje giechelig besluiten ze dat ze de sessie aangaan.
De brunette gaat eerst.
“Wat wil je weten, is er iets wat jou bezighoudt op dit moment?” vraag ik bemoedigend.
“Nou, ik zou wel willen weten of ik nu voor een kindje moet kiezen of niet”, zegt ze met een verlegen lachje.
“Laten we kijken of de kaarten iets kunnen zeggen over het juiste moment.” zeg ik, terwijl ik de kaarten voor haar uitspreid. “Trek vier kaarten.”
Uit de kaarten blijkt dat ze een over verantwoordelijke vrouw is met zeer zorgzame eigenschappen. Haar man is een solide figuur en wil dolgraag aan kinderen beginnen. De relatie is gelukkig en vast. “Ja maar, is het wel verstandig om daar nu al voor te kiezen? Moeten we niet eerst nog wat financiële zekerheid opbouwen?” zegt ze weifelend.
Als ik vraag of het financieel dan zo onzeker is, blijkt dat ze beiden een goede en vaste baan hebben.
Wat kunnen mensen toch wonderlijke vragen hebben, denk ik in mezelf en zeg: “in feite begrijp ik je twijfels niet, de kaarten geven aan dat je in een goede situatie bent om kinderen te krijgen.
Welke zekerheid zou je nog meer willen? Daarbij heb je zorgzame kwaliteiten, dus over het moederschap hoef je ook geen twijfels te hebben.”
Dan komt het er schoorvoetend uit, die zorgzaamheid speelt haar parten. Ze blijkt gescheiden ouders te hebben die heel erg op haar leunen en haar emotioneel volledig uitzuigen waardoor ze gewoon niet aan de opbouw van haar eigen leven toekomt.
Dan stel ik de vraag die al steeds door mijn hoofd spookt: “Hoe oud ben je?”
“Zesentwintig.”
Ongelooflijk, mijn mond valt bijna open van verbazing. Zo’n jonge griet nog en al zo degelijk en uitgeblust.
“Ga jij eens als de sodemieter aan kinderen beginnen”, flap ik er spontaan en ongenuanceerd uit, “meid als je op jouw leeftijd al zo over verantwoordelijk bent,  wat moet dat dan worden als je half in de dertig bent en dan pas gaat beginnen!  Dan zit echt alles zo vast als een huis, ik moet er niet aan denken!  Arm kind met zo’n moeder”, grap ik erachteraan.
Ze pakt het goed op en samen moeten we lachen.
“Nee, maar zonder gekheid," zeg ik nu weer ernstig, "naar mijn mening wordt het tijd dat je gaat genieten van je eigen leven, dat je zo goed georganiseerd hebt. Laat je ouders hun eigen sores oplossen. Zolang jij hun gedrag honoreert door zoveel tijd aan hen te besteden en ook nog alles voor hen oplost,  zullen zij sowieso niet veranderen.
Ga met je eigen leven aan de gang en geniet van je relatie en straks jullie kind!”
Het is mooi om te zien, haar houding verandert en haar gezicht straalt terwijl ze energiek zegt: “Je hebt gelijk, dat ga ik doen! Dank je wel.”


Dan is vriendin aan de beurt en ja hoor, het was te voorzien, ze vraagt: “ Zal ik mijn neus laten verkleinen?”
Nu ben ik zelf helemaal geen voorstander van plastische chirurgie, ik vind het gewoon eng dat gesnij in een lichaam waarvan je ook nog niet weet wat het resultaat zal zijn.
Maar ja, dat is mijn mening en ik heb ook niet zo’n neus. Wat moet ik nu met zo’n vraag?
In ieder geval mijn eigen mening er niet inmengen. “De kaarten geven geen ja of nee antwoord,” begin ik voorzichtig, “maar we zullen kijken wat eruit komt.”
Bedeesd trekt ook zij vier kaarten. Maar in tegenstelling tot haar degelijk stijve houding trekt ze kaarten die één en al vuur en passie uitstralen. “Laten we het nu even niet over je neusverkleining hebben maar eerst eens over wat ik hier in de kaarten zie, want dat is me nogal wat, wat hier ligt aan kracht!”  
Ze knikt, nog steeds schuchter.
“Je thema is ‘lust’,” zeg ik terwijl ik haar ondeugend aankijk, “lust betekent werkelijk levenslust, de bron van je leven, deze kaart gaat over hartstocht en passie, je instincten volgen en seks natuurlijk.” Het muisje heeft inmiddels een blosje gekregen en lacht wat schaapachtig. En omdat het in zo’n schril contrast staat met haar aseksuele uitstraling, dik ik de seksuele kant van deze kaart extra aan.  “Aha, hier gaat het om, dus dit is wat jou bezighoudt!” zeg ik met een plagende blik van verstandhouding.
Ze heeft nu een hoofd als een biet en lacht betrapt.
Haar vriendin staat haar verwonderd te bekijken en grijpt in. “Ja maar, passie kan toch ook ergens anders op gericht zijn, werk bijvoorbeeld?”
“Ja, daar heb je gelijk in,” bevestig ik de vriendin, dat zie je ook vaak bij deze kaart, alleen dit keer niet, niet bij haar, bij haar gaat het om hartstochtelijke seks, begeren en begeerd worden.
Dat is toch zo?” vraag ik terwijl ik mijn blik indringend op het muisje richt.
Ze heeft dan wel een rood hoofd en is duidelijk in verlegenheid gebracht maar ze antwoordt toch met een bevestigend “Ja”. Haar vriendin draait met een ruk het hoofd naar haar toe.
Haar gezicht spreekt boekdelen, dit kan niet!  "Nee toch", zegt ze ongelovig.
Rollen liggen vaak heel erg vast, het is wel even schrikken voor haar dat ze haar vriendin nu in een heel ander licht ziet.

Ik negeer dit tafereeltje en ga verder met de legging. Uit de kaarten blijkt ook dat deze dame van binnen helemaal niet zo'n muisje is maar iemand die een enorme kracht heeft en zeer gedreven is in wat ze doet, alleen ergens in haar leven is deze energie afgemat.
Ik zie dit in een kaart die vaak past bij mensen die gepest worden. Ik vraag ernaar en ze bevestigt dat ze vroeger veel gepest is. “Ja, het komt door je gedreven karakter waardoor je een gewillig object bent voor pesters, tja en dan heb je ook nog zo’n neus, dan is het helemaal makkelijk voor ze.”  
We lachen er wat om en dan vervolg ik de legging weer met haar beginvraag of ze haar neus zal verkleinen.
“Kijk,” zeg ik, “het allerbelangrijkste is dat jij jouw behoeftes serieus gaat nemen, je bent een gepassioneerde vrouw die toe is aan liefde en aandacht in haar leven. Als je dit gegeven serieus gaat nemen heb je de helft al gewonnen, dan ga je staan voor wie je bent. Het is nu aan jou.
Als jij denkt dat een neusverkleining je zekerder zal maken over jezelf, waardoor je meer succes op dat vlak gaat krijgen, dan moet je het zeker doen. Maar je kunt natuurlijk ook gewoon eerst eens iets aan je uiterlijk doen, een leuke frisse coup in je haar, wat vlottere kleding. Gewoon verleidelijk zijn.
Nu kun je niet meer terug. Je hebt toegegeven dat je ‘lust’ wilt, dus verstop je niet meer en ga daarvoor! Ik denk dat dan die operatie helemaal niet meer nodig is.”
We lachen en beëindigen de sessie, de sfeer is luchtig en ontspannen. Ze bedanken me nogmaals en dan gaan ze weer.
Ik kijk ze na, twee jonge vrouwen met een volledig andere uitstraling dan toen ze aan kwamen lopen, ze huppelen nu haast.
Ik ben trots, wat een fijn beroep heb ik toch!
  

                                            ____________________________________

In 2007 ben ik samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:

Ben je geïnteresseerd?  Via deze linken kun je het bestellen:
  Bol.com  
boek € 16,95

  Ebook  
  ebook: €4,99
 

uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten

Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Deel twee komt uit in september/ oktober 2014

woensdag 24 juli 2013

Part1, Gelukkig zijn we verzekerd...

Oktober 2012. Al jaren rijd ik, vanwege mijn werk als artieste, met zeer grote regelmaat het traject 'Aubusson d’Auvergne  -  Nederland' en weer terug, meestal alleen. Ik houd van autorijden en vind die acht uur alleen in de auto, terwijl ik heerlijk over het goede Franse wegennet zoef, geen belasting maar eerder ontspannend.
Ik rijd vaak ’s avonds en ‘s nachts omdat het dan rustig is op de weg. Muziekje aan en gaan.
Mijn ouders, zelf niet erg reislustig, vinden die nachtelijke ritten van mij niet zo prettig, want wat als er wat gebeurd, als ik pech krijg bijvoorbeeld, dan sta ik daar als vrouw alleen in het holst van de nacht langs de autoroute. Tot nu toe lachte ik het vrolijk weg. “Mij gebeurt niets, en daarbij ik ben toch verzekerd!”
Onlangs belandde ik met Henk dan toch in die gevreesde situatie, autopech.
Na een ontzettend leuk weekend in Nederland rijden we, op een dinsdagochtend, opgetogen en nagenietend weer naar huis. Henk heeft zijn verjaardag in Nederland gevierd en we hebben iedereen weer gezien, veel hartelijke famillie en vrienden.
Ook de auto is in goede doen want deze heeft in Nederland bij een bevriend 'mannetje' een grote beurt gehad, compleet met nieuwe distributieketting, dus niets staat een gezellige terugreis in de weg.
Alles gaat zeer voorspoedig tot, rond drie uur ’s middags, net nadat we de buitenring (N104) rond Parijs opdraaien, ineens de radio wat zachter gaat spelen en het lampje van de accu gaat branden.
Foute boel, ik verstijf achter het stuur en mijn hart slaat sneller. In paniek probeer ik tussen het drukke verkeer door van de linker naar de rechter rijbaan te komen. De boardcomputer schrijft nu met vuurrode letters STOPPEN!!
 “Oh Henk wat moeten we doen?” jammer ik met een ijl stemmetje. “Straks valt de auto hier stil op de ring.”
Na vijf minuten komt er een afslag. We slaan af en komen in een buitenwijk met veel beton, veel verkeer, veel rotondes en geen garages. “Oh, oh, oh”, kan ik alleen nog maar uitroepen.
Dan ineens, na twintig minuten cirkelen, een wonder! We zien een Speedy, een soort Quickfit. Opgelucht draaien we het terrein op. Eén persoon zit in het kantoortje te bellen en blijft maar bellen. Na twintig minuten wachten komt er een monteur die wel even wil kijken. Dynamo kapot, constateert hij. Verdorie, dat is ernstig. Maar nog erger, hij kan het niet maken want zij doen niet aan elektriciteit. Maar, hij wil ons uit de brand helpen en stelt voor een nieuwe dynamo te bestellen, die zal morgen aankomen en hij wil het wel voor een klein prijsje repareren.
We zeggen dat we ook de assistance van onze verzekering AXA kunnen bellen om ons naar een echte garage te laten verslepen. Hij maakt ons bang. “Je weet niet waar ze je heenbrengen, die garages kunnen woekerprijzen vragen omdat ze weten dat je toch geen kant meer op kunt.”

Nu hebben we naast deze autopech nog een ander, zo niet groter probleem. De auto zit afgeladen vol met veel en ook redelijk kostbare spullen zoals, cadeautjes, boeken, flessen drank, zeven kratten bier, twee basgitaren, een versterker, kleding, slaapspullen en twee honden. Waar blijven we met dit alles in een buitenwijk van Parijs?
We besluiten toch de assistance te bellen want op deze plek kunnen we echt niet blijven.
Zij sturen een sleepwagen. Wachten. Om half vijf komt hij de bocht om en na wat getob met opladen in het beginnende spitsuur, sleept hij ons naar een piepklein gehucht 40 km van Parijs. Volgens de chauffeur zijn alle garages in Parijs al gesloten. Rond zes uur komen we aan. Ook hier kan de auto niet direct gerepareerd worden.
Maar nu we via de verzekering hulp krijgen, hebben we ook recht op een hotelovernachting of een huurauto. We kiezen voor de huurauto, want dan kunnen we met de honden naar huis en kan Henk morgen in ieder geval naar zijn geplande optreden. Axa zegt dat we hiervoor een creditkaart met opstaande cijfers moeten hebben. Die hebben we niet maar we zeggen van wel. We zien wel hoe we dat straks daar weer oplossen.
Axa gaat het regelen en zegt dat ze over tien minuten terugbellen.
Twintig minuten later nog niets gehoord, ik bel zelf. Er is een probleem, ze kunnen geen vervangende auto vinden waar al onze spullen in kunnen. Ze beloven over tien minuten terug te bellen wat ze dus niet doen. Ik bel zelf en Axa zegt dat ze het opgeven en dat we maar in een hotel moeten overnachten. Ze zullen wederom over tien minuten terugbellen.
Ondertussen wordt het steeds maar later. Weer probleem, hotels die nog kamers hebben, accepteren geen honden. Half acht inmiddels, Axa belt en zegt toch een autobedrijf gevonden te hebben, alleen is het wat omslachtig want het bedrijf zit helemaal aan de andere kant van Parijs. Er zal een taxi komen om ons op te halen maar helaas zullen daar al onze spullen niet in passen. De garagehouder verzekert dat er niets met de spullen kan gebeuren want de auto staat op zijn terrein en het hek is gesloten als hij straks sluit.
Wachten, geen taxi.  Om acht uur zegt de garagehouder dat hij nu toch echt gaat sluiten. We besluiten de gitaren en versterker en wat kleding in ieder geval mee te nemen. De drank en de cadeautjes verstoppen we onder een dekbed.
De poort van de garage gaat dicht, de lichten uit en daar zitten we dan, met de honden en een groot deel van de spullen in het donker en de kou, langs de kant van de route nationale, waar de auto’s voorbij razen. De taxi blijkt dit afgelegen oord niet te kunnen vinden en komt pas aan om negen uur. Wij zijn inmiddels helemaal verkleumd.
Op naar de AVIS, het autoverhuurbedrijf. Hier komen we om kwart voor tien aan. We moeten de man uit zijn privéhuis bellen. Natuurlijk probleem met de creditkaart, maar bij hoge uitzondering en omdat hij van ons af wil op dit tijdsstip, belt hij zijn baas en accepteren ze een borg van tweehonderdvijftig euro.

We krijgen een busje. Spullen achterin, honden bij ons voorin in de piepkleine cabine. Het kleintje bij Henk op schoot en de grote op zijn voeten. Vijf uur rijden voor de boeg. Busje rijdt goed alleen hebben de koplampen een erg korte reikwijdte.
Onderweg, bij Nevers is er een niet van te voren aangegeven wegafzetting, ik zie het te laat en ram de eerste kegel. Dit geeft zulke enorme klappen dat het lijkt alsof de hele onderkant van het busje opengereten wordt.
We stoppen met hartkloppingen, een beginnende slaapaanval is volledig verdwenen.
In het pikdonker kruipt Henk onder het busje. De schade lijkt mee te vallen. Oh, laten we het hopen want wat moeten we doen als we de borg kwijt raken. Naast de reparatie die bijna zeshonderd euro zal gaan kosten, kunnen we er dat echt niet meer bij hebben!
Onderweg zien we allemaal kapot gereden kegels liggen. Blijkbaar zijn we niet de enigen die verrast zijn.  
Om vier uur ’s nachts rijden we uitgeput de parkeerplaats naast ons huis op. Thuis in de Auvergne. De volgende ochtend blijkt er een onderdeel uit de bumper van het busje te ontbreken maar Henk heeft in het donker iets van de weg gegrist, dit blijkt het ontbrekende kapje te zijn, dat is dan wel weer mazzel.
Poeh, is alles toch nog goed gekomen. Overmorgen weer terug naar Parijs en de film in tegengestelde richting afdraaien. Ik heb nu al frisse tegenzin.
Gelukkig weet ik hier nog niet wat me nog te wachten staat....
_______________________________________________________________________________


In 2007 ben ik samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:

Ben je geïnteresseerd?  Via deze linken kun je het bestellen:
  Bol.com  
boek € 16,95

  Ebook  
  ebook: €4,99



uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten

Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Deel twee komt uit in september/ oktober 2014

part.2, Gelukkig zijn we verzekerd...

Donderdagochtend tien uur vertrek ik weer naar AVIS in Parijs, het voorstadje ligt westelijk van het centrum, voor mij precies aan de verkeerde kant van Parijs. De planning is om daar om drie uur aan te komen. Op de A6, voor Parijs file. Ik sta anderhalf uur stil. Hierdoor kom ik laat aan op de Périphérique. Ik moet dwars door Parijs heen en heb geen GPS en nog wel uit principe. Dat bij deze kan gaan varen!
De route, die ik thuis had uitgeprint, blijkt midden in het centrum, gedurende vier kilometer, hevige verkeershinder te hebben. Ze werken aan een reparatie of aanleg van de Tram- of Metrolijn. De hele  middenberm is één grote bouwput. 
‘Deze weg  vermijden!’ staat er op een bord. Ik weet geen andere weg. Zie ineens ook geen borden meer van het voorstadje. Ik twijfel en draai om en kom erachter dat ik toch goed zat. Aangezien hier alles éénrichtingverkeer is vlieg ik met het busje over een aantal stoepen, om toch weer terug op die weg te komen en sluit wederom aan in de file. Het is hectisch, aangezien er geen echte weg meer is maar meer een stofpad naast die bouwput, houdt niemand zich meer aan de verkeersregels en voegt iedereen maar kriskras in en uit. Wat een ellende want ik moet ook nog ergens zien te tanken.
Net voor ik bij AVIS ben zie ik gelukkig een tankstation. Deze werkt alleen op bankpasjes. Weer probleem, om onverklaarbare reden doet mijn Franse pasje niets, dus geen diesel.
Dan maar doorrijden naar AVIS, ik ben er in ieder geval aangekomen.
Ik vraag of ik de auto ook gewoon bij hen af kan tanken. Dat kan, maar dan wordt het drie euro per liter. Dat is te gek, dus weer op zoek naar een tankstation.
Het is half zes en ik rijd de file weer in. Zij zullen alvast Axa bellen om tijd te winnen, zodat die alvast een taxi kunnen bellen om mij naar de garage naar die verloren plek aan de oostkant van de stad te brengen.
Bij het tankstation is er weer ellende want ook hier doet mijn pas het niet. Omdat ik haast heb en zo even geen andere oplossing weet betaal ik dan maar contant van het geld dat ik voor de reparatie bij me heb. Zometeen heb ik daar dus te weinig geld. Ondertussen ben ik murw, eerst dit probleem oplossen de rest zie ik straks wel weer.

Een half uur later ben ik weer terug bij AVIS en heb aan alle voorwaarden voldaan. Axa heeft nog geen taxi geregeld, er blijken weer eens problemen te zijn met het vinden van een taxi, ze zullen over tien minuten terugbellen.
Na twintig minuten belt Axa en zegt dat ik de huurauto nog maar een dag moet lenen want het is te laat om nog naar de garage te gaan.
Nu raak ik toch echt in paniek, ik heb geen geld waar moet ik blijven? Ik bel zelf de garage en vraag smekend of ze op me willen wachten. Ze beloven tot acht uur open te blijven.
AVIS belt Axa dat er toch een taxi moet komen. Axa  twijfelt of we het gaan halen want er is overal file. Het toeval wil dat er juist vandaag ook nog staking is bij het openbaar vervoer, waardoor bijna alle taxis bezet zijn en al het verkeer in en om de stad nu helemaal plat ligt. Axa belooft terug te bellen en doet het niet.
AVIS belt nog drie keer want ook bij hen dringt de tijd, ze gaan sluiten om zeven uur. Dat is over tien minuten. Axa kan nog niets concreets beloven en de bedrijfsleider van AVIS is zo vriendelijk om toch nog even op kantoor te blijven en met mij te wachten op antwoord.
Half acht nog geen teken van Axa.
Ik bel weer naar de garage maar er wordt niet opgenomen. Weer paniek, straks sta ik daar met mijn taxi in the middle of nowhere en dan zijn ze er niet meer. Normaal gesproken ben ik redelijk stressbestendig maar ik trek het even niet meer, ik ben moe en op van de zenuwen. Ik heb niets bij me, geen spullen voor mijn lenzen, geen slaapspullen, niets te eten, niet genoeg geld voor een hotel en het begint al aardig koud te worden 's nachts. Ik heb nog niet eens een jas bij me. Ik kan mijn tranen niet meer bedwingen, bibberig zit ik te sniffen op mijn stoel.
Om tien voor acht arriveert de taxi. Ik spring haast een gat in de lucht. Nadat ik de mensen van AVIS heel hartelijk bedankt heb, vertrek ik dan eindelijk richting mijn auto.
En nu hebben we eindelijk eens wat geluk want vanwege het tijdsstip zijn er inmiddels minder files en de taxichauffeur is bereid om wat gas bij te geven. Volgens zijn routeplanner zullen we er over drie kwartier zijn. Ik probeer toch nog de garage te bellen, gelukkig, de man neemt nu wel op. Ik zeg dat ik in de taxi zit en lieg dat we er over 35 minuten zijn. De man zegt dat ik op moet schieten want hij heeft een afspraak.
In de buurt van de garage raakt ook deze taxi gps het spoor bijster. Ik vis nog een uitgeprint kaartje uit mijn tas. We zitten in de buurt, nog een rotonde en een dorp door en dan komen we op de weg van de garage. Al met al is de reis toch redelijk snel gegaan het is half negen als we aankomen.

Over tot betaling. Aangezien ik vijenveertig euro opgebruikt heb aan gasolie kom ik dat nu tekort. Ik tel al het kleingeld bij elkaar en kom best ver, maar ik mis toch twintig euro. Als afleiding vraag ik of ik het mag pinnen maar de man heeft het apparaat al opgeborgen. 
Ik trek mijn meest hulpeloze en betrouwbare gezicht en vraag hem of ik het geld dan op mag sturen. De man doet moeilijk.
Dan heb ik een idee. In de auto zit nog de drank die over was van het feestje van Henk. Ik betaal met vier kratten Heineken. Het kan me allemaal niks meer schelen als ik maar weg kan hier.
En dan hè hè, zit ik eindelijk in mijn auto maar zonder één cent op zak. Ik rijd richting rondweg, de opritten gaan alleen richting vliegveld en dat is precies de verkeerde kant op. Ik dwaal wat over het donkere platteland en kom uiteindelijk bij een goede oprit.
Ik bedenk me dat ik zonder geld dus ook niet over de tolweg kan en ik weet ook niet of ik het ga redden  met de dieselolie.
Als ik door de stad Melun kom zie ik een pinautomaat. Toch nog eens proberen. De Franse pas is nog steeds geblokkeerd, ik snap er niets van. Zonder veel hoop, probeer ik nog even een Nederlandse pas, die ik zelden gebruik en warempel ik kan pinnen. Ik slaag een zucht van verlichting en ga weer richting A6 de tolweg op.
De auto rijdt verder erg goed en om twee uur ‘s nachts ben ik thuis.... volledig uitgeput!  Als ik de volgende dag mijn moeder bel om het verhaal in geuren en kleuren te vertellen, antwoordt ze bezorgd: "Ga nu de volgende keer toch maar overdag rijden hoor." Ik wuif het weg. "Het is altijd een risico, maar ach, ik ben toch verzekerd." grap ik erachteraan.
Volgende week vrijdag is het weer zover en ga ik weer vol goede moed op weg naar Nederland voor een optreden, gelukkig zit ik dan weer alleen in de auto!

_______________________________________________________________________________


In 2007 ben ik samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:

Ben je geïnteresseerd?  Via deze linken kun je het bestellen:
  Bol.com  
boek € 16,95

  Ebook  
  ebook: €4,99

 

uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten

Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Deel twee komt uit in september/ oktober 2014 

maandag 15 juli 2013

Laissez-faire mentaliteit

“Ze zijn bezig met landmeten”, zegt Henk terloops terwijl hij zijn contrabas naar binnen sleurt. Hij komt net terug van een repetitie.
“Oh jee, zouden ze dan toch beginnen?”, reageer ik enigszins verontrust.  “Waar waren ze?”
“Net voor Berlet.”  
Berlet is een ‘hameau’, een gehuchtje dat iets verderop aan de weg ligt.
“En heb je dan niet gevraagd aan die mannen wat ze daar staan te doen?”
“Landmeten natuurlijk!” antwoordt Henk droog.
“Ja, hè hè, dat snap ik ook wel! Nee, ik bedoel of zij toevallig weten wat er gaat gebeuren.”
“Ik ben me besodemieterd, ik ga dat een beetje aan die lui vragen, die weten dat toch niet. Ik kijk wel uit, dan moet ik nog met ze praten ook.”
Ik had me deze vraag kunnen besparen want Henk zal nooit iets vragen, daar is hij niet nieuwsgierig genoeg voor en hij heeft een bloedhekel aan zomaar een praatje maken.
Ik wel, ik ben van het praatje en zeker van het vragen. Je weet het maar nooit, misschien weten ze het wel, dan zou ik het nu ook weten.
“Nou, we zien het wel hoor,” zegt Henk laconiek, “voor ze aan iets beginnen moeten ze toch eerst bij ons komen, lijkt me.”
“Ja, daar heb je ook weer gelijk in”, zeg ik terwijl ik weer aanstalten maak om naar mijn etage en schrijversbestaan te verdwijnen.
Een uurtje later roept Henk naar boven: “Lies, hier is je kans! Ze staan nu voor de deur.”
Ik schiet naar beneden, hup naar buiten en stap op de mannen af . Even later stap ik opgelucht weer naar binnen.
Het is voor de EDF, de energiemaatschappij, ze willen de stroomdraden ondergronds maken.
Poeh, gelukkig, loos alarm voor dit moment. Al hoewel we al bijna een jaar niets meer gehoord hebben hangt er, sinds januari 2012 iets bijzonder vervelends boven ons hoofd.

Op een dag rond een uur of twee in de middag wordt er aan de bel getrokken. Een dame en een heer staan voor de deur. De dame draagt een aktetas en de heer een grote rol papier, of ze even binnen mogen komen en in de tuin kijken. Ze komen voor de verbreding van de weg.
“Natuurlijk”, zeg ik verrast maar ook op mijn hoede. “Wat gaat er gebeuren?”
Het blijkt dat de weg tussen  de dorpjes Courpière en Aubusson in z’n geheel  met drie meter verbreed wordt.
Hier zijn ze tien jaar geleden aan begonnen, maar door geldgebrek is alleen het gedeelte tussen het kruispunt waaraan ons huis staat en Aubusson gedaan. Daar is de weg inderdaad breder.
Eind 2012 is het tweede gedeelte aan de beurt.
Wij weten niets van dit plan. We wonen hier nu sinds 2004 en we hebben nog nooit enig bericht gehad, het is ook niet besproken tijdens de koop.
Dit had ik totaal niet verwacht. Sterker nog, toevallig zeiden Henk en ik deze week nog tegen elkaar dat wij hier toch maar lekker rustig wonen, zonder kans op een snelweg of TGV-lijn voor de deur.
Wat vreselijk! Weg verbreden betekent meer verkeer en harder rijden. Daar gaat ons prachtige weggetje dat zo lieflijk langs de rivier kronkelt.
Het blijkt een omvangrijk project te zijn dat wel twee jaar kan duren. De eigenaren moeten eerst een strook van hun land verkopen. Ook het uitvoerend werk zal, vanwege de rotsen en de rivier, een hele klus worden. In principe kan de verbreding niet aan de rivierkant, dus op sommige plaatsen moeten ze rotspartijen met dynamiet opblazen.
De dame vraagt of ze even in de tuin mogen kijken.

Ons terrein kronkelt ongeveer honderdvijftig meter met de weg mee. Het eerste gedeelte van zo’n vijftig meter vanaf ons huis is plat en tuin, daarna gaat het omhoog en worden het rotsen met bos. Langs de gehele lengte van het tuingedeelte staat een enorme haag die voor beschutting en privacy zorgt. De rots achterin ligt in de bocht tussen ons en de weg, waardoor de automobilisten van die kant ook niet de tuin in kunnen kijken.
Als we de tuin in komen zie ik dat de dame dit niet had verwacht. “Mooi hè,” zeg ik breed lachend van trots, “hier zijn we nu voor naar Frankrijk gekomen.” De dame kan het zich indenken maar ze kijkt bedenkelijk. Al snel begrijp ik waarom.
Ondanks dat wij wel genoeg ruimte hebben aan de rivierkant van de weg, is ook hier de wegverbreding richting tuin gepland,  precies op de plek van de haag. Ook de lindeboom waar wij met mooi weer altijd onder eten, moet eraan en de rots die ons zo fijn afschermt, zal opgeblazen moeten worden. Paniek vliegt me naar de keel en ik voel een enorme knoop in mijn maag.
“Ja, maar dat kan niet,” zeg ik met een van emotie hoog stemmetje, dan zijn we onze tuin en privacy kwijt. Jullie kunnen toch niet zomaar een weg door onze tuin plannen?”
De dame geeft toe dat, nu ze dit ziet, het ook wel een ondoordachte keuze is. Ze zijn al jaren met het plan bezig en hebben alleen maar gewerkt met de gegevens van het kadaster. Hierop is onze tuin een weiland, ze hebben zich niet gerealiseerd dat het inmiddels een privétuin is.
“Nou dat kan echt niet hoor! Waarom zijn wij hierover nooit ingelicht? Als we dit hadden geweten hadden we nooit dit huis gekocht!”
Ik val stil. Dit is een regelrechte ramp! Maar mijn paniek verandert in boosheid en ik vervolg: “Aan de overkant is er plek genoeg, ga daar maar plannen! En daarbij als wij niet verkopen, dan kunnen jullie toch niets doen!”
De dame en de heer bekijken de optie , meten hier en daar wat en daarna gaan we weer naar binnen. De rol papier wordt op tafel uitgerold en ze laat ons de omvang van het project zien. De bedoeling is dat ze eind 2012 beginnen, aan onze kant.
Een kwartiertje later staan ze weer buiten. De dame heeft beloofd dat ze zal onderzoeken of er een mogelijkheid is om het plan bij ons te wijzigen.

De hele gemeenschap is in rep en roer. Niet alleen wij komen er slecht vanaf, bij de buurman die in Berlet woont, willen ze zowat door zijn keuken heen en verder zal zijn gehele tuin binnen het project vallen, dus die is hij kwijt. De waarde van onze huizen zal er ook niet op vooruitgaan, zijn huis zal zelfs onverkoopbaar worden. De oude man windt zich zo op dat hij naar de dokter moet om pillen te halen voor zijn hart. Er wordt in onze omgeving over niets anders meer gesproken dan de weg.
Omdat blijkbaar alle bewoners heftig geprotesteerd hebben, komt er een dorps enquête op gang. Iedereen erheen.
Het gaat heel knullig, er is een tafel waar het uiteindelijke plan op gepresenteerd ligt. De weg gaat nog steeds door onze tuin, zie ik direct. Iedereen mag het plan inzien en heeft dan één week de tijd om bezwaar te maken. Dit kun je aantekenen in een groot boek. Wij hebben thuis op de computer een bezwaarschrift opgesteld, compleet met tekening van onze suggestie.
Als we in het gemeentehuis aankomen, komt de buurman net naar buiten. Nou die moet vast wel een uurtje of wat binnen gezeten hebben, want hij heeft met de pen wel vier bladzijdes in het boek volgeschreven. Onze enveloppe wordt niet geaccepteerd, het bezwaar moet in het boek staan.
Omdat wij er nogal moeilijk over doen, plakt de burgemeester dan maar zelf onze brief in het boek en zet er een krabbel bij.
Dan wordt het wachten. Van sommige omwonenden horen we dat ze al terrein verkocht hebben.
De weg begint ons leven te beheersen en ons woonplezier te verpesten.
Onze dokter is een gitaar leerling van Henk en biedt aan om de zaak eens met een bevriend advocaat te bespreken. Misschien kan hij ook ons bezwaarschrift eens beoordelen. De man schrijft belangeloos een nieuw bezwaarschrift, dat wij weer naar de Préfecture sturen.
Als ik na een paar dagen bel om te controleren of het goed ontvangen is en om te vragen hoe het nu verder gaat, krijg ik te horen dat alles onder behandeling is en dat we spoedig bericht krijgen.


Zomer 2012 gaat voorbij en nog steeds hebben we geen bericht van het departement. Het wordt november, nog steeds geen teken van leven. Wij zijn zelfs nog niet eens benaderd voor de grondverkoop, terwijl ze toch als eerste bij ons zouden beginnen,  rond deze tijd zo’n beetje.
Inmiddels is het juli 2013 en zwijgt het departement in alle talen.
Via een lager in rangorde werkende ambtenaar van de buitendienst, die ik bij het Lac tegenkom, hoor ik dat er geen geld is. “C’est la crise”, zegt hij terwijl hij zijn schouders ophaalt en op z’n andere been gaat staan om ons genoeglijke praatje nog wat langer vol te houden.
Ik kijk meewarig maar jubel van binnen. Toch nog iets goeds aan die crisis! Opgetogen vertel ik het Henk later.
Inmiddels beginnen we al te denken dat het hele plan niet door zal gaan, dat het een storm in een glas water geweest is, zoals met zoveel zaken hier in Frankrijk.
Maar daar staan dan ineens vandaag die mannetjes te meten, gelukkig voor de EDF, niets te vrezen dus, in tegenstelling, het is voor iets waar ik ontzettend blij mee ben, de stroom komt ondergronds! Hoe vaak wij geen stroomstoring hebben als het waait.
In m’n nopjes zit ik wat over die stroom en de vooruitgang te mijmeren. Hoe zouden ze dat eigenlijk aan gaan pakken met al die rotsen hier? Dat wordt nog een heel project. In gedachte zie ik ze al langs de weg graven.
Ineens schiet er een angstaanjagende ‘Hollandse’ gedachte achteraan,  oh jee, ze zullen toch niet hun projecten koppelen en gaan samenwerken? Als ze slim zijn doen ze dat natuurlijk, dat scheelt veel tijd en geld!
Nu is dit een volkomen niet-Franse oplossing, maar je weet het maar nooit.
Gisteren klaagde een bevriende Franse muzikant gekscherend dat Frankrijk vernoordelijkt en haar Latijnse “laissez-faire” mentaliteit aan het verliezen is.    
“Lieve God, laat ze hier alstublieft nog wat langer Frans blijven”, doe ik een schietgebedje.
________________________________________________________________________


In 2007 ben ik samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:

Ben je geïnteresseerd?  Via deze linken kun je het bestellen:
  Bol.com  
boek € 16,95

  Ebook  
  ebook: €4,99

 
Toekomstmuziek in Frankrijk, dromen over de grens
uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten

Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Deel twee komt uit in september/ oktober 2014

dinsdag 2 juli 2013

En dan ineens ben je schrijfster.

Sinds die heuglijke dag vorig jaar in september, waarin Henk me haast achter mijn computer duwde, ben ik schrijfster.
Hij was mijn jankerige gezeur over ‘Ik zou zo graag iets creëren’ zo beu, dat hij mij ‘de meest ideale situatie voor mogelijk’  voorstelde.
“Lies, jij gaat boven zitten, ik wil je hier beneden niet meer zien, ga schrijven!  Ik zorg de komende twee weken voor het eten, de huishouding en de hondjes.  Jij hoeft nergens aan te denken, alleen aan je boek.”  Hoe goed kun je het krijgen!
Als ik dat zou weigeren dan was ik pas echt een lafaard, dat begreep ik meteen, maar aangezien ik me niet zomaar wilde laten dirigeren en me ook wel comfortabel voelde in mijn gedrein, gaf ik eerst nog wat tegengas.
“Hoe kan ik nu schrijven onder deze omstandigheden! Ik heb helemaal geen inspiratie!”
Koppig bleef ik in de tuin zitten mokken.

De volgende dag kroop ik toch maar eens achter de pc.  Henk had gelijk, als ik dan zo nodig iets wilde creëren, dan moest ik er ook aan beginnen.
Het idee voor een boek bestond al een aantal jaren. Indertijd had ik het erg druk maar zelfs toen had ik al wel enige pagina’s geschreven. Nu had ik alle tijd, dus wat lette mij?
Ik begon met teruglezen en was eigenlijk best verbaasd over wat ik allemaal al op papier had staan. Ik raakte weer enthousiast en bleef boven, zoals voorgesteld.
En de volgende dag weer en daarna weer, tussen de middag stond er een gezellig gedekte tafel en salade klaar en dan ging ik weer.
Ik werd helemaal  gegrepen door het verhaal maar ook door het schrijfproces.
Nu ik dus alle tijd nam om te schrijven en me niet af liet leiden door huishoudelijke en sociale beslommeringen, kwamen de woorden haast als vanzelf onder mijn vingers vandaan.
Soms las ik stukjes na en dan stond ik versteld, heb ik dat geschreven?  Soms had ik iets beschreven wat ik zelf zo grappig vond, dat ik er steeds om moest lachen.

Henk was blij voor mij, maar begon af en toe toch wel wat te morren omdat ik zijn voorstel wel heel erg letterlijk nam. In huis voerde ik geen reet meer uit en mijn sociale leven lag stil.
Maar ik was in opperbeste stemming. “Dat is toch ook erg fijn, Henk”, hield ik hem voor.
Winter kwam en Henk ging op tournee naar Zwitserland.
Twintig dagen zat ik als een kluizenaar op mijn etage, waar de houtkachel snorde en de honden de hele dag aan mijn voeten lagen.
Beneden liet ik de kachels uit, teveel werk. Met Henk verdwenen ook de heerlijke maaltijden voor twintig dagen. Een sober leven maar door mijn nieuw ontdekte passie genoot ik daar juist van, ik hoefde met niemand rekening te houden. Ik had mijn gedachten voor mezelf.
Op een dag trok ik de stoute schoenen aan en stuurde een gedeelte van mijn manuscript naar een uitgever.
“Er zit potentie in,” was hun antwoord, "schrijf maar lekker door!”


Inmiddels is het juli. Sinds maart weet ik dat het boek in november uitgegeven wordt, sinds april ligt het al bij de uitgever. Op dit moment ben ik bezig met boek twee, wéér een uitdaging!
Sinds die dag in september is de schrijfster in mij wakker geworden, ze houdt me de hele dag bezig.
De juiste maat houden, is wel een aandachtspunt. Van schrijven wordt je asociaal.
Het verhaal blijft maar door mijn hoofd spoken en als ik eenmaal achter de computer zit, ben ik er bijna niet van weg te timmeren. Natuurlijk probeer ik dit ook regelmatig los te laten en me met m'n geliefde Henk bezig te houden, wat overigens ook geen straf is, maar dan sluipt er weer een zin in mijn hoofd en moet ik toevallig even boven zijn.
Gelukkig blijft Henk me nog steeds verleiden met zijn heerlijke maaltijden! Als hij echt boos is doet hij dat niet meer, dan moet ik op gaan passen...

____________________________________________________________________________________
In 2007 ben ik samen met Henk (contrabassist) verhuisd naar het Franse platteland.
Over deze wonderlijke periode heb ik een boek geschreven:

Ben je geïnteresseerd?  Via deze linken kun je het bestellen:
  Bol.com  
boek € 16,95

  Ebook  
  ebook: €4,99
 
Toekomstmuziek in Frankrijk, dromen over de grens
uitg.: Vandorp educatief/ Grenzeloos
Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten

Als Lies op een avond Henk ontmoet slaan de vonken direct over. Behalve hun artiestenbestaan blijkt al snel dat ze ook hun passie voor Frankrijk delen.
Het begint met dromen over 'later als...' maar hun enthousiasme haalt de droom in. Samen storten ze zich in het avontuur en belanden van het ene toeval in het andere.
Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Deel twee komt uit in september/ oktober 2014

maandag 1 juli 2013

Help mijn boek komt uit ! Drempelvrees van een debutante.

Vanochtend tijdens het wakker worden schoot de gedachte ineens in mijn hoofd. Lichte paniek!
Ojee, hoe ga ik dit oplossen?
Sinds ik weet dat mijn boek wordt uitgegeven, ben ik in alle staten van gelukzaligheid. Wat een ontzettende eer, dit moet toch betekenen dat het kwaliteit heeft wat ik allemaal geschreven heb. En aangezien ik zo vol zit van dit grote geluk vertel ik het tegen iedereen die ik tegenkom, “Mijn boek komt uit, mijn eerste boek komt uit!”
Ja eigenlijk is, denk ik, iedereen uit mijn directe omgeving wel op de hoogte van dit heuglijke nieuws, zelf de dames van het plaatselijke belastingkantoor, de Tresor Public leven mee.
“Ah,  dommage que ce n’est pas écrit en Français”, reageerden ze teleurgesteld.
En omdat iedereen het weet en ook iedereen zegt dat ze benieuwd zijn én het graag willen lezen, denk ik in mijn enthousiasme dat dit ook werkelijk voor iedereen geldt.
In gedachte ben ik al aanwezig bij talkshows en reis ik van boekbespreking naar signeersessie om mijn boek te promoten.
En daar zit nu het probleem waarmee ik ontwaakte; ik kan niet schrijven.
Het begint al bij mijn handtekening, die rammelt aan alle kanten, het is altijd maar weer afwachten hoe die uitvalt. De ene keer valt hij in z’n geheel naar voren, dan weer naar achter of soms staan de letters als een slecht gebit, schots en scheef. Toen ik trouwde zag ik mijn kans, een nieuwe naam dus een nieuwe handtekening. Deze moest cachet krijgen want die kinderlijke versie van mijn meisjesnaam kon echt niet meer!  
Me bewust van mijn wanordelijk handschrift bedacht ik, dat ik het kort en meer artistiek moest houden. Ik verzon een soort tekenfiguur van mijn initialen, die ik in razend tempo op papier krulde. Dat is ook een tik die ik niet afgeleerd krijg, waarschijnlijk heb ik het uit een film of misschien deed iedereen dat zo in de vorige eeuw, maar ik denk altijd dat je een handtekening snel moet zetten. Dat geeft vaak nogal spastische bewegingen van mijn hand.

Volgens Henk, mijn liefhebbende echtgenoot en naast mij mede-hoofdrolspeler in mijn boek, komt het gewoon omdat ik te ongeduldig ben.
Daar zit misschien wel wat in, hoewel ik dat aan hem niet toegeef, met z’n mooie handtekening!
Nee, zonder computer was ik zelfs geen schrijfster, dat is duidelijk, dan zou er geen eind aan het geschrijf komen. Ik denk bijvoorbeeld een p en schrijf een d en ik presteer het zelfs om een geheel ander woord te schrijven dan ik van plan was, of het woord is wel gedacht maar niet geschreven. Ik ben nergens zonder delete-knop.
Ja, dan val ik op die signeersessies wel even mooi door de mand als ik daar in dat horrel handschrift een aardig woordje tot de lezer richt.
Zo’n goede schrijfster is het niet, zie ik in gedachten mensen al denken. Dat is als aanstormend schrijfster geen beste binnenkomer!

Gelukkig heb ik nog een aantal maanden om me geestelijk op deze confrontatie voor te bereiden. Wellicht zou een soort Zen training in de tussentijd een goed idee zijn.  
Die mooie gekrulde versie van mijn handtekening is in ieder geval al weer van de baan, ik schoot steeds uit. Inmiddels schrijf ik maar weer gewoon mijn naam voluit. De hoop op een mooi, evenwichtig en gracieus handschrift heb ik opgegeven.
Maar ach, misschien moet ik me niet zo druk maken, het gaat tenslotte om de inhoud van mijn boek.
En dat wordt toch maar mooi uitgegeven. Wie weet krijg ik na al die signeersessies ooit nog de routine in m’n vingers……


Toekomstmuziek in Frankrijk. Dromen over de grens, komt uit in september 2013 bij uitgeverij Van Dorp Educatief/ Grenzeloos.

Het verhaal over een waarzegster en een muzikant die samen hun geluk in Frankrijk willen beproeven om daar een centrum voor muziek en levenskunst op te zetten. Een verhaal vol humor, over passie en durf, dromen en aanpakken, liefde en loslaten maar vooral over verwondering.
Wat kan er veel gebeuren als je gewoon ‘ja’ durft te zeggen! Zij gaan er in ieder geval vanuit dat hun idee fantastisch is en alle gebeurtenissen lijken dit ook te bevestigen…


Je kunt het via deze linken bestellen:
  Bol.com  
boek  € 16,95

  Ebook     ebook  €4,99

Deel twee komt uit in september/ oktober 2014